Geestelijk denken

2. De vergelijking van het onkruid in de akker

Tarwe en onkruid op de akker gezaaid

Jezus vertelt nu een andere vergelijking:
Het is met het koninkrijk van de hemel als met een mens die goed zaad op zijn akker uitzaaide.
Terwijl de mensen sliepen, kwam zijn vijand onkruid tussen het graan zaaien en vertrok weer.
Toen het jonge gewas opschoot en vrucht begon te dragen, kwam ook het onkruid tevoorschijn
(Matteüs 13:24-26).

Daarop stuurde Hij de mensen weg en ging naar huis.
Zijn leerlingen kwamen bij Hem en vroegen: Wilt U ons de vergelijking van het onkruid op de akker uitleggen?
Hij antwoordde hun: Hij die het goede zaad zaait is de Mensenzoon, de akker is de wereld, het goede zaad dat zijn de kinderen
(zonen) van het koninkrijk; het onkruid dat zijn de kinderen (zonen) van het kwaad, de vijand die het zaait is de duivel … (Matteüs 13:36-39a).

Opnieuw zijn we in onze gedachten bij de mensen aan het meer.
In een tweede vergelijking schildert Jezus een welvarende landbouwer die een goed stuk land bezit.
Hij zaait hierin zuiver koren van de beste tarwe die hij uit de vorige oogst geselecteerd heeft.
Hij let goed op of er zich ook onkruid tussen het zaaigoed bevindt; maar het zijn allemaal mooie en zuivere korrels.

Hij zaait dus goed en kiemkrachtig zaad in zijn akker.
De zon verwarmt de grond en door de vruchtbare vroege regen ontwikkelt het zaad zich snel.
De boer is tevreden, want op zijn land is al snel een groen tapijt te zien.
Ook zijn medewerkers verheugen zich op een goede oogst.
Zo groeit het koren en hier en daar vormt het al aren.
Maar onverwacht ziet een van de medewerkers iets wat hem niet bevalt.
Hij roept er een paar collega’s bij en ook die zien met verbazing en schrik dat er volop onkruid tussen de tarwe groeit.
Nu is onkruid alles wat groeit waar het (in bepaalde situaties volgens de mens) niet groeien mag.

Op het eerste oog weinig verschil

Het onkruid dat hier groeit heet dolik of dolle tarwe, een grassoort die nauw verwant is aan het ‘Engelse raaigras’.
Ze lijkt veel op tarwe, wordt 60-90 cm hoog, heeft scherpe, grasachtige bladeren die iets smaller zijn dan die van tarwe en ze is blauwgroen van kleur.
Zolang de bebladerde halmen te zien zijn, is de overeenkomst met tarwe groot.
Maar wanneer de aren zichtbaar worden, is verwisseling uitgesloten.
‘Zichtbaar worden’ wil zeggen: als onkruid herkenbaar worden.
De Statenvertaling zegt: … toen openbaarde zich ook het onkruid (zie Matteüs 13:26).
De aren van de tarwe blijven dicht aaneengesloten, maar die van de dolik schieten in sprieten op.
Deze plant is ook een van de weinige grassoorten die giftig zijn.
Als het zaad ervan tussen het koren komt en men bakt en eet er brood van, kan men hierdoor hoofdpijn en duizelingen krijgen.

Wanneer de luisteraars naar hun woonplaatsen zijn teruggegaan, is Jezus samen met zijn vrienden.
Zij vragen Hem om hun de vergelijking van het onkruid in de akker uit te leggen.
Deze parabel bevat zoveel verschillende gegevens dat zij zich er geen juiste voorstelling van kunnen maken om die te plaatsen in het koninkrijk van de hemel.
Zij ervaren dat ze hier in een andere wereld, van een andere dimensie, binnengeleid worden waarvan zij de samenhang en de onderlinge verhoudingen nog niet kennen.
Alleen Jezus weet wat zich daar afspeelt en wat met ieder onderdeel van de vergelijking wordt bedoeld.
Vol belangstelling gaan ze om Hem heen zitten om zijn verklaring te vergelijken met hun eigen nog ongeestelijke en (mede daardoor) onduidelijke inzichten.

Opnieuw legt Jezus dan aan zijn leerlingen de verborgen zaken (geheimen) van het koninkrijk van de hemel uit.
Het zaad stelt iets geestelijks voor; het is de drager van gedachten die door de geest van God voortgebracht zijn en die door middel van woorden worden overgedragen van de ene menselijke geest op de andere.