Openbaring 19:16
Met Hem als koningen heersen
Op zijn kleding en op zijn dij staat de naam ‘Hoogste Heer en Koning’.
En Hij heeft op de mantel en op de dij van Hem de naam geschreven: Koning van (de) koningen en Heer van (de) heren.
Op zijn koningsmantel staat een uitzonderlijke naam.
Jezus Christus is in alles de eerste.
De gelovigen die Hem in alles volgen, zijn mét Hem ook koningen en heren in de nieuwe schepping.
Maar Hij blijft de grootste Koning en de hoogste Heer.
Er is dus sprake van een volk van koningen.
Het Israël van God, het geestelijke Israël is een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van Hem die hen uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht (zie 1 Petrus 2:9).
Dit koningschap wijst op de macht en de autoriteit die deze heiligen in de geestelijke wereld bezitten.
Deze geestelijke legers zijn gerekruteerd uit door God geselecteerde (‘uitverkoren’) heiligen en koninklijke priesters.
Zij zijn door God uitgekozen omdat ze gericht zijn op het herstel (het heiligen) van mens en schepping en zo kunnen fungeren als waarnemers (priesters) van Jezus Christus op aarde.
Daarom dragen ze allen van top tot teen de geestelijke wapenrusting.
We stellen ons voor dat de mantel van de ruiter bijeengehouden wordt door een gordel die om het middel wordt vastgeknoopt en waarvan de uiteinden afhangen van de heup tot op de dij.
De verslagen vijanden, die aan beide kanten van Hem (en zijn medestrijders, de zonen van God) vallen, lezen met grote ontzetting op zijn mantel en op zijn gordel de naam van Hem, tegen Wie zij zich verzet hebben en die nu bezig is hen te vonnissen.
In Psalm 2:10-12 worden zij niet voor niets gewaarschuwd:
Daarom, koningen, wees verstandig,
wees gewaarschuwd, leiders van de aarde.
Onderwerp u, toon de Heer uw ontzag,
breng Hem bevend uw hulde.
Bewijs eer aan zijn zoon met een kus,
anders ontvlamt zijn woede en uw weg loopt dood,
want bij het geringste ontsteekt Hij in toorn.
Maar:
Gelukkig wie schuilen bij Hem.