Openbaring 6:2
Dwalingen in de schijngemeente (‘valse kerk’)
Ik zag dit: een wit paard met een ruiter die een boog droeg.
Hij kreeg een zegekrans en trok op als een overwinnaar, de overwinning tegemoet.
En ik zag en zie (een) paard wit en de Zittende op het hebbende (een) boog; en (er) werd gegeven aan Hem (een) krans en Hij ging uit overwinnende en opdat Hij overwint.
Als de Heer Jezus afscheid neemt van zijn leerlingen, zegt Hij dat aan Hem alle macht gegeven is in zowel de onzichtbare als in de zichtbare wereld, in hemel en op aarde.
Want Hij heeft volgens de regels gestreden en overwonnen.
Hij heeft tijdens zijn leven op aarde en bij zijn sterven satan zijn wapenrusting van zonde, ziekte, misleiding, verleiding, geweld en dood afgenomen.
En de demonen die hiernaartoe werken heeft Hij openlijk aan de schandpaal genageld door hen zó (dit is: door zijn dood aan het kruis) te overwinnen.
Kolossenzen 2:15:
Hij heeft zich ontdaan van de machten en krachten, Hij heeft hen openlijk te schande gemaakt en in Christus over hen getriomfeerd.
Met God verzoend
Hij heeft zijn leven vrijwillig gegeven zodat de hele wereld weer in contact met God kan komen, door zó de zondeschuld weg te nemen die scheiding maakt tussen God en mens.
Het plan van God om de hele schepping te herstellen begint met Hem, zoals in Johannes 1:17 staat:
De wet is door Mozes gegeven, maar goedheid (grondtekst: genade, liefdegave) en waarheid zijn met (grondtekst: door) Jezus Christus gekomen.
Jezus brengt een totaal nieuwe visie, van een totaal andere dimensie, namelijk die van de geestelijke wereld: het koninkrijk van God of van de hemel.
Het boek Openbaring geeft door visioenen weer wat er zich in deze geestelijke wereld bezig is te ontwikkelen wat betreft de gemeente van Jezus, maar ook wat betreft de schijngemeente van satan.
In het begin is Hij nog de eenzame ruiter, maar als het woord van God zal Hij over de wereld trekken om veel broers en zussen (samen: zonen) het doel van God te laten bereiken.
Veel mensen zullen naar Hem luisteren en Hem in woord en daad gaan volgen.
Jezus belooft zijn leerlingen dat Hij bij hen zal zijn tot aan de voltooiing van deze tijdsperiode, deze eeuw.
Daarom doopt Hij hen op de Pinksterdag in de geest van God.
Door deze geest kunnen zij in een zeer nauw en ononderbroken contact met God en met Jezus Christus leven.
Gaven van Gods geest onmisbaar
De begaafdheid van Gods geest: het bidden in geestelijke of nieuwe talen (ook wel vertaald als ‘spreken in tongen’) en de andere gaven zijn hierbij onmisbaar!
Zij krijgen daarbij ook de kracht om de demonen te overwinnen die hen hiervan willen afhouden.
Vanaf dat moment wordt meer en meer werkelijkheid dat Jezus aan de rechterhand van God zit en dat Hij gekomen is op of in de wolken.
Deze wolken zijn het beeld van de gemeente die de luister van God in de onzichtbare wereld laat zien.
Johannes ziet een ruiter aan wie vooraf al een kroon of overwinningskrans gegeven wordt en die uitrijdt als iemand die zeker is van zijn overwinning.
De boog die hij draagt wijst erop dat hij een soldaat is.
Hij is Jezus Christus die gedragen wordt door een wit paard, beeld van de kracht van Gods heilige geest en die als het woord van God een rechtvaardige oorlog voert.
Zie hiervoor ook 19:11.
Acceptatie of afwijzing van Gods woord
Wanneer dit woord overwinnend uittrekt, heeft het twee soorten uitwerking:
de ene mens ergert zich aan het evangelie als aan een stank en deze irritatie voert hem naar de eeuwige dood;
de andere verheugt zich erover als over een lieflijke geur en dit leidt hem naar het eeuwige leven.
2 Korintiërs 2:16:
Voor de ene is het een onaangename geur die naar de dood voert, voor de ander een heerlijke geur die leven geeft.
Met de boog worden woorden van genezing, herstel, bevrijding en waarheid afgeschoten, die de vijanden van waarheid en rechtvaardigheid, de demonen, dodelijk verwonden.
De Psalmdichter zegt hiervan:
Treed op in uw glorie en begin de strijd voor waarheid, deemoed en recht.
Laat uw hand geduchte daden verrichten.
Uw pijlen zijn gescherpt en treffen de vijanden van de koning in het hart.
Volken vallen dood voor U neer (Psalm 45:5-6).
Opmerkelijk is dat de pijlen van Gods boog in de Psalmen meestal gericht zijn als kracht van de waarheid tegen die van leugen en laster.
Van lasteraars wordt gezegd:
Dan schiet God zijn pijl op hen af, onverhoeds worden ze zwaar verwond … (Psalm 64:8).
Van leugenaars:
Werp uw bliksem, sla de volken uiteen, schiet uw pijlen en verdrijf hen (Psalm 144:6).
Overwinningskrans
Zoals gezegd, krijgt deze ruiter een kroon of een overwinningskrans.
Dit is ook een symbool van de bekroning van een leven vol overwinning voor iedere christen.
Jezus zelf draagt deze kroon en Hij belooft deze ook aan hen die Hem volgen, zoals er staat:
Wees trouw tot in de dood, dan zal Ik jullie als lauwerkrans het leven geven (zie 2:10).
Dit is hetzelfde als het bereiken van de volmaaktheid of het worden als een mens zoals God die vanaf het begin heeft bedoeld.
Ons grote voorbeeld in dit verband is Jezus Christus, die dan ook als eerste overwinnaar deze kroon gekregen heeft.
Ook voor ons geldt:
Maar wij zegevieren in dit alles glansrijk dankzij Hem die ons heeft liefgehad (Romeinen 8:37).
Het woord van God trekt uit om een volk te verzamelen dat vrijgemaakt is van de overheersing door satan.
In 19:14 zien we het resultaat van deze veldtocht:
De hemelse legermacht, gekleed in zuiver, wit linnen, volgde Hem op witte paarden.
Het zuiver wit linnen is een symbool van de rechtvaardige daden van de heiligen (zie 19:8 NBG) en deze worden in Jesaja 61:10 NBG genoemd:
de kleding van het herstel en de mantel van de gerechtigheid.
De betekenis hiervan is dus dat herstel en gerechtigheid, dit is een leven zonder ziekten en afwijkingen en zonder zonde(schuld) en aanklacht, worden gebracht door Jezus Christus, samen met zijn gemeente.
Beloften voor de overwinnaars
Bij het zichtbaar worden van de zonen van God wordt deze overwinning compleet.
Door deze helden in de geestelijke wereld worden alle vijanden van God onder zijn voeten gelegd, dat wil zeggen: totaal machteloos gemaakt.
Dan is ook de oogst van de aarde helemaal rijp geworden: zowel die van het verderf als die van het leven.
Deze optocht van ruiters is dan het beeld van de gelovigen die hetzelfde geestelijke niveau bereikt hebben als de Zoon van God.
Samen met Jezus zijn zij overwinnaar.
Zie verder ook 15:2: … zij die het beest, zijn beeld en het getal van zijn naam hadden overwonnen …
Het slotakkoord in de brieven aan de zeven gemeente is steeds weer:
Wie overwint.
Het hoogtepunt van deze overwinningstocht is:
Wie overwint zal samen met Mij op mijn troon zitten, net zoals Ikzelf overwonnen heb en samen met mijn Vader op zijn troon zit (3:21).
Waarheid en leugen onderscheiden
Veel mensen verwonderen zich erover dat de ruiter op het witte paard zich in zo’n slecht gezelschap bevindt.
Want na hem trekken de andere ruiters op het rode, het zwarte en het lijkkleurige (vale) paard op.
Maar zij zijn niet de enigen die zich verwonderen.
Wanneer Jezus de verborgen dingen van het koninkrijk van de hemel aan het licht brengt, legt Hij in een vergelijking uit dat er onkruid tussen de tarwe gezaaid is.
De medewerkers van de eigenaar zeggen vol verbazing:
Heer, hebt u soms geen goed zaad op uw akker gezaaid?
Waar komt dat onkruid dan vandaan? (Matteüs 13:27).
Naast en tegelijk met de gemeente ontwikkelt zich ook de schijngemeente.
In de Openbaring ziet Johannes naast het beeld van de echte vrouw van het Lam ook de hoer, het grote Babylon, dat de heiligen tot hun dood aan toe vervolgt!
En hij verbaast zich met grote verbazing, zoals in de grondtekst staat.
De NBV vertaalt dit als volgt:
Ik zag dat de vrouw dronken was van het bloed van de heiligen en het bloed van hen die van Jezus hadden getuigd.
Ik was ontzet toen ik haar zag (17:6).
Dwalingen, een aantal voorbeelden
Naast de gemeente van Jezus Christus zijn er in kerken en gemeenten gelovigen die niet leven vanuit het koninkrijk van God, zijn geestelijke machtsgebied.
In hun ideeën over het geloof gaan ze vooral uit van gedachten die gebaseerd zijn op het zichtbare en niet op Gods woord.
Enkele voorbeelden:
- mooie gebouwen (terwijl Jezus zegt dat Hij nederig en zachtmoedig is en geen plaats heeft om zijn hoofd neer te leggen);
- indrukwekkende kleding (vaak stammend uit oude tijden en volkomen potsierlijk in de ogen van de moderne mens);
- pracht en praal, kunst en wetenschap, politiek en macht (die niets met het geestelijke koninkrijk van God te maken hebben – Jezus zegt dat zijn rijk niet van deze wereld is);
- gebruiken en ceremonies (die nergens in de Bijbel worden genoemd);
- geboden en verboden (die soms zelfs onmenselijk zijn, denk aan het verplichte celibaat en andere die elke bijbelse basis missen);
- gevoelsmatige en soms erg overdreven aanbidding (vaak het gevolg van gebrek aan echte geestelijke kracht en bovendien wijken veel liederen af van de bijbelse waarheid);
- een goedlopende organisatie (terwijl op geestelijk vlak veel ontbreekt);
- vroomklinkende gebeden en ouderwets taalgebruik (hiermee denkt men waarschijnlijk God te kunnen behagen);
- wonen in kloosters om zich zo af te scheiden van de zondige buitenwereld (nergens in de Bijbel vinden we voorbeelden hiervan of voorschriften hiervoor);
- het vestigen van zoveel mogelijk kerken (ook in deze activiteit kan men zich gemakkelijk verliezen, maar het is geen bijbelse opdracht);
- mooie, geperfectioneerde muziek (zie ook bij aanbidding – ook dit wekt alleen maar religieuze gevoelens op);
- het vereren van relikwieën (in feite puur occultisme);
- zwaaien met vlaggen (totaal geen bijbels item, getuigt van erg weinig geestelijk inzicht en gaat vaak samen met sombere, strakke gezichten);
- afbeeldingen en aanbidden van zogenaamde heiligen (achter deze beelden gaan demonen schuil, waardoor goedbedoelende gelovigen ernstig worden misleid);
- het vasthouden aan leringen en inzichten van de voorvaderen (men durft niet in te gaan op nieuwe openbaringen van God en men houdt ‘veiligheidshalve’ vast aan het oude – dit is ook een vorm van geestelijke gemakzucht);
- zware preken of juist heel populaire toespraken, terwijl in geen van beide het plan van God wordt uitgelegd en wordt aangegeven hoe we dit kunnen uitwerken in ons leven;
- het vasthouden aan de gedachte dat we zondaars blijven tot onze dood aan toe (en daarmee dus belijden dat we altijd slaven blijven van de demonen);
- het geloven dat we door God uitgekozen moeten zijn om behouden te worden (‘uitverkiezing’) en dat onze eigen bewuste keus (‘bekering’) er in dit verband niet toe doet, terwijl God ons juist aanspoort om zélf een nieuw leven te beginnen;
- het hebben van de slogan: stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw: de hemel en de aarde en dit terwijl God ons oproept om actief te zijn in het bereiken van het niveau van Jezus Christus.
Hij wordt dan zichtbaar in ons en (pas) dán zal alles volmaakt zijn!; - een kerk met rangen en standen, verdeeld in professionals en leken (dit is in totale tegenspraak met de visie die in de Bijbel over het functioneren van de gemeente wordt beschreven);
- een zichtbaar volk Israël een plaats in het plan van God toedichten (het idee dat het natuurlijke volk Israël nog steeds het volk van God is met een speciale opdracht – ook hier worden de profetieën uit het oude testament, die voor de gemeente, het geestelijke volk van God, bedoeld zijn, op een natuurlijke en volstrekt onlogische en ongeloofwaardige manier uitgelegd);
- groei van de gemeente in aantal, meer dan in geestelijk opzicht (dit vergt veel inspanning van een gemeente en men is daardoor meestal in het zichtbare bezig);
- de ondergeschikte positie van de vrouw (een gemene dwaling die veel zussen in de Heer het leven in de gemeente zuur heeft gemaakt en heeft afgeremd in hun geestelijke ontwikkeling);
- de kinderbesprenkeling (een totaal onbijbels gebeuren, dat met allerlei kronkelredeneringen geprobeerd wordt te onderbouwen en dat voor veel bloedvergieten in de geschiedenis heeft gezorgd – dus: uit God of uit de duivel?);
- een natuurlijke uitleg van geestelijk bedoelde profetieën (men heeft geen geestelijk inzicht en men vergelijkt het geestelijke niet met het geestelijke, maar men mixt geestelijk en natuurlijk door elkaar.
Zo krijg je de meest dwaze soorten uitleg van Bijbelgedeelten, bijvoorbeeld een derde deel van de sterren valt op de aarde – zie je het al voor je?); - het zogenaamde ‘vallen in de geest’, wat moet doorgaan voor een manifestatie van de kracht van God, maar in feite nergens zo in de Bijbel voorkomt en waarvan we ons moeten afvragen of dit niet van ‘de andere kant’ komt;
- enzovoort, enzovoort.
En daarbij hebben we het, zoals ook verderop aangegeven, nog niet gehad over de vele andere sekten en stromingen, onder de ‘vlag van het christendom’, met hun vaak meest vreemdsoortige onchristelijke (…) visies en praktijken.
Wat men helaas niet heeft
Wat men juist niet heeft en wat wél wezenlijk is en wat wél heel duidelijk in de Bijbel staat, waarvan men nadrukkelijk beweert deze van ‘kaft tot kaft’ te geloven, is:
- het hebben van geestelijk inzicht;
- een diepgaand en constant contact met God, door de gaven van de geest, met vooral het bidden in geestelijke of nieuwe talen en profeteren;
- het toewerken naar de vrucht van de geest;
- het najagen van de Goddelijke liefde;
- met als einddoel: het bereiken van het niveau van Jezus Christus (zie Hebreeën 6:1).
En bovendien heeft men vaak nog niet eens het fundament (volgens Hebreeën 6:1-2) van het geloof in zijn of haar leven gelegd:
- zich bekeren, een nieuw leven beginnen of zich afkeren van daden die naar de dood leiden (= al het bovenstaande, dat van God afleidt en dus geen echt leven geeft);
- geloof in God (= kennis hebben van zijn wezen en plan en hiervoor en hierdoor bezield raken en blijven);
- leer van dopen (doop in water en doop in Gods heilige geest – in de grondtekst staat dopen als een meervoud van het zelfstandige naamwoord doop);
- handoplegging (bij genezing van zieken, bevrijding van gebonden mensen en het overdragen van de liefdevolle gaven van God);
- opstanding van de doden (geloven in de mogelijkheid om door de kracht en de liefde van Gods geest voor eeuwig met God te leven en zo geen slachtoffer te zijn of te worden van de doodsmacht);
- het laatste of een eeuwig oordeel (dit is de totale uiteindelijke scheiding tussen goed en kwaad, tussen licht en duisternis, die plaatsvindt in de ‘laatste tijd’ en waarbij de gemeente, samen met Jezus Christus, haar Hoofd, een cruciale rol speelt!).
Leugen en angst wereldwijd
En dan hebben we het nog niet eens over al die andere, wereldwijd verspreide religies waarin (ook) geen plaats is voor God de Schepper van alle dingen, voor zijn Zoon Jezus Christus en voor het prachtige plan van God met de mens.
Door de volgelingen van deze religies worden vaak onnoemelijk veel afgoden aanbeden, waarachter echter demonen schuilgaan en wordt aan dezen geofferd om ze maar gunstig te stemmen.
Angst regeert overal, er is totaal geen blijdschap, geen schuldvergeving, geen geestelijke groei, geen vol worden met de geest van God.
Er is geen uitzicht op een eeuwig bestaan in de oneindig liefdevolle nabijheid van een God die uitsluitend Licht en Liefde is!
En dan nog vragen mensen zich af: als God bestaat, waarom grijpt Hij dan niet in?
Ze vergeten dat de mens zélf de keus moet maken voor een leven in het licht en dat dit de enige manier is om uit het moeras van de duisternis te komen!
Babylon: uit de hemel gevallen
In Babylon, de grote geestelijke stad, wordt een schijnevangelie gebracht dat losgemaakt is van de persoon en het werk van Jezus Christus zoals wij Hem uit de Bijbel (kunnen leren) kennen.
Babylon is ontstaan doordat de gemeente haar werkterrein in de geestelijke wereld, de hemelse regionen, verlaten heeft en dit verlegd heeft naar de aarde, het zichtbare, het aardsgerichte.
Babylon is het beeld van de gemeente die uit de hemel op de aarde is gevallen en daardoor een prooi van de demonen geworden is.
Pas in deze laatste tijd zullen we een goed inzicht krijgen in het wezen van deze afvallige gemeente, hoe orthodox en fundamentalistisch zij zich ook noemen mag, omdat nu de gemeente haar plaats in de hemelse regionen weer gaat innemen.
Matteüs 13:26:
Toen het jonge gewas opschoot en vrucht begon te dragen, kwam ook het onkruid tevoorschijn.
Maar voor de gemeente van Jezus geldt wat staat in Joël 2:23-24:
En jullie, kinderen van Sion, wees blij en barst uit in gejubel om de Heer jullie God, want Hij geeft regen om je te verkwikken, Hij laat de regen overvloedig op je neerdalen, vroege regen en late regen, elk op de juiste tijd.
De dorsvloeren liggen weer vol met graan, de perskuipen lopen over van wijn en olie.