6. De vergelijking van de kostbare parel
Het beeld van de parel
Ook is het met het koninkrijk van de hemel als met een koopman die op zoek was naar mooie parels.
Toen hij een uitzonderlijk waardevolle parel vond, besloot hij alles te verkopen wat hij had en die te kopen (Matteüs 13: 45 en 46).
Vooral edelstenen horen bij de luxe-artikelen van de oosterling.
Men kan de verschillende soorten dan ook nauwkeurig onderscheiden, wat wel blijkt uit Openbaring 21:19-20.
Vanuit de traditie is men gesteld op hun kleurrijkdom en glans.
Het is geen uitzondering als rijke vrouwen aan zes of zelfs acht vingers ringen met edelstenen dragen.
Zo adviseert Paulus in 1 Timoteüs 2:9 de vrouwen dat ze zich in de samenkomsten sober en ingetogen kleden.
En dat ze niet moeten opvallen door een opzichtige haardracht, dure kleding, goud of parels …
Ook in Openbaring 18:12 worden de parels in een opsomming van luxe-artikelen genoemd: goud, zilver, edelstenen en parels …
Parels zijn bij de vrouwen in de oudheid nog meer geliefd dan edelstenen.
Voor parels worden door de Romeinen dan ook uitzonderlijk hoge bedragen betaald, wat wel iets zegt over de luxe in die tijd.
Beroemd zijn ook de parels van Cleopatra, waarvan, zoals het verhaal gaat, zij er een in azijn oplost en die ter ere van Antonius opdrinkt.
De kenmerken van kostbare parels zijn hun bijzondere grootte, kleur, vorm en vooral dat ze helemaal doorschijnend zijn.
Daarom spreekt men van ‘parels van het zuiverste water’.
In de handel wordt de waarde evenals bij diamanten per karaat berekend.
Een parel met een gewicht van zes karaat (1 karaat is ongeveer 0,2 gram) is zes keer zes keer de prijs van een parel van één karaat.
Deze berekening geldt alleen voor goede soorten, terwijl voor parels van zeldzame grootte, zuivere ronding en grote helderheid, fabelachtige prijzen betaald worden.
Parels komen in die tijd vooral uit de omgeving van de Indische Oceaan en de Perzische Golf.
De pareloester heeft een schelp met aan de binnenkant een glad oppervlak van een glinsterend wit, nu eens naar het gele, dan naar het blauwe trekkende.
Dit wordt afgewisseld met alle kleuren van de regenboog.
Hiervan wordt door afslijping het bekende parelmoer verkregen.
De parels zelf zijn niet anders dan een meer dan gewone afscheiding van het vocht waaruit die parelmoeren binnenwand wordt gevormd.
De parel is dus een voortbrengsel van de levende natuur.
Mooie en kostbare parels worden zelden gevonden.
Deze moeten erg groot zijn, bijvoorbeeld als een walnoot en ook een goede ronding en zuiverheid bezitten.
Voor de handelaar zijn deze parels heel veel waard.
De vreugdeloze handelaar
De vergelijking gaat over een handelaar in parels.
Hij legt zich vooral toe op het verzamelen van ‘mooie’ parels.
Misschien gaat hij langs de parelvisserijen om zo de eerste handelaar te zijn die een uitzonderlijk waardevolle parel kan ontdekken.
Op deze manier heeft hij ook al een grote verzameling aan parels aangelegd.
Maar op zekere dag vindt hij een bijzonder waardevolle parel zoals hij nog nooit gezien heeft zolang hij koopman is.
Het is opvallend in deze voorstelling dat de koopman deze parel niet specifiek zoekt, maar haar vindt bij het zoeken naar goede parels.
Zulke parels zoekt men niet omdat ze zo zeldzaam zijn; je moet er bij toeval een tegenkomen.
Wat ook opvalt in deze vergelijking is dat de handelaar niet echt blij lijkt te zijn met deze ontdekking.
Dit in tegenstelling tot de ‘mens’ in de vorige vergelijking die een schat in de akker vindt en daar geweldig blij mee is.
Toch wil de ‘vreugdeloze’ verzamelaar vanaf het eerste ogenblik dat hij de kostbare parel ziet, haar bezitten.
Maar hij kan de parel alleen maar krijgen voor een zeer hoge prijs.
Hij maakt zich wat zijn gevoel betreft dan ook los van de parels die hij al heeft en die hij met zoveel moeite bijelkaar verzameld heeft.
Hij verkoopt ze allemaal om de hoge prijs voor dat ene kostbare juweel te kunnen betalen en dit in zijn bezit te krijgen.