Geest van God

1. Het plan van God

Het volmaakte

Nu zijn er mensen die op de hoogte zijn van de woorden van Jezus.
Sommigen kennen de begrippen al een hele tijd, vaak al vanaf dat ze kind zijn.
De schrijver van de brief aan de Hebreeën noemt ze.
Ze kennen de woorden.
Ze kennen de weg.
Ze doen er alleen niet zoveel mee!
Ze laten, als het ware, God maar praten: ze laten in hun leven zijn woord of plan voor wat het is …
Ze zijn geestelijk hardhorend of doof geworden, traag van hart ook.
Dit laatste betekent dat ze niet spontaan en enthousiast reageren op de kostelijke en kostbare rijkdom van de liefde van God.

Zij hebben hun geestelijke zintuigen niet op God afgestemd.
Hoe jammer is dit toch!
Hierdoor verlies je veerkracht, meer nog – je verliest de overwinning!
De glans gaat eraf, de fut eruit, de dood in de pot.
Dan heeft de schrijver van de Hebreeënbrief het over papkindjes, baby’s.
Waar moet het eigenlijk naartoe?
Blijven waar je zit?
Bij de melk blijven?
Bij de eerste beginselen blijven?
NEE!

Bang voor het volmaakte

Wáren de meesten van ons maar zover dat ze de eerste beginselen al ‘onder de knie’ hadden, het geestelijke basisonderwijs al gevolgd hadden, het fundament van het geloof al gelegd hadden.
Velen komen helaas na al die jaren zelfs zóver nog niet …!
Wat is satan er toch goed in geslaagd velen van ons zand in de ogen te strooien!
De schrijver van de Hebreeënbrief wil zich samen met de gemeente, met heel zijn hart richten op het volkomene, het volmaakte leven dat God wil geven.
Dit volkomene kan pas komen nadat wij het fundament van het geloof in ons leven gelegd hebben, nadat wij het geestelijke basisonderwijs gevolgd hebben.

Velen van ons zijn bang voor dat woord: het volkomene.
Maar toch laat God het meerdere keren opschrijven in de Bijbel, waarvan menig gelovige (stellig) zegt dat hij deze ‘van kaft tot kaft’ gelooft.
God wil met ons naar het volkomene, naar het volmaakte, naar het geestelijke niveau van Jezus Christus!
Geweldig!
Nu weten we het tenminste.
Nu kunnen we op weg gaan, achter Jezus aan.
Wij willen Hem toch volgen waarheen Hij ook gaat?

Nu kan er een kéér in ons geloofsleven komen.
In de voetstappen van Jezus.
Achter Hem aan!
Sommigen van jullie zullen zeggen dat dat niet zo gemakkelijk gaat.
Natuurlijk niet.
Vanuit onze eigen mogelijkheden gaat het zelfs helemaal niet.
We hebben er echt de kracht van Christus voor nodig.
En die kracht krijgen we als de heilige geest van God over (op, in) ons komt, zoals in Handelingen 1:8 staat:
Maar wanneer de heilige geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen …

Basisonderwijs

Dit ontvangen van de geest hoort bij het eerste onderwijs over Christus.
Dit basisonderwijs bestaat uit de volgende onderdelen (zie Hebreeën 6:1):
bekering;
geloof in God;
leer van dopen (in de Griekse grondtekst staat hier het meervoud van het zelfstandige naamwoord ‘doop’ en hier worden de waterdoop en de doop in de heilige geest bedoeld);
handoplegging;
opstaan van de doden en een
eeuwig oordeel (dit is de definitieve scheiding tussen goed en kwaad).

En van hieruit op weg naar het volkomene, naar de tot volle ontwikkeling gekomen volheid van Christus (zie Efeziërs 4:13).
Hoe stelt Paulus zich dat voor?
Hoe kan een mens zover komen?
Lees eens Kolossenzen 1:27 en 28, waar staat:
Aan hen heeft God bekend willen maken hoe glorierijk dit mysterie is voor alle volken: Christus is in jullie, Hij is jullie hoop op Goddelijke luister.
Hem verkondigen wij wanneer we iedereen waarschuwen
(aansporen) en in alle wijsheid onderrichten, om iedereen tot volmaaktheid in Christus te brengen.

Hem verkondigen wij:
Christus in jullie;
daarom wijzen wij iedereen terecht of sporen wij iedereen aan;
en onderrichten wij ieder mens.
We begrijpen dat, als God dit alles wil, namelijk ieder mens in Christus volmaakt doen zijn, satan uiteraard niet stilzit.
In dit verband is het wel heel opmerkelijk dat, als satan met zijn ‘beheersers van deze eeuw’ (dit tijdperk) van dit geheim had geweten, hij nooit de Heer van de heerlijkheid zou hebben laten kruisigen (zie 1 Korintiërs 2: 7 en 8).

Maar, prijs God, Jezus ís gekruisigd.
Wat méér is: Hij is opgewekt en opgestaan.
En Hij zit aan de rechterhand van God, beeld van de heilige geest.
Hoe onvoorstelbaar is dit geheim: Christus (door Gods geest in ons), de hoop op de heerlijkheid voor ons, de Goddelijke luister die ook voor óns bereikbaar is!
En aan ons is dit allemaal ter beschikking gesteld door de uitstorting van de geest van God in ons!
Juist in deze tijd – in deze wereld in stroomversnelling, in een generatie die kapot gaat door het werk van de demonen, de machten van de duisternis – mogen wij als zonen van God openbaar of zichtbaar worden.

Wij zullen te herkennen zijn als behorend bij Jezus: sterk en overwinnend op satan en zijn gevallen engelen, zoals Jezus Christus openbaar geworden is.
Hij trok het land Israël door en deed veel goede dingen.
Met name bracht Hij het evangelie van het koninkrijk van de hemelen en genas Hij alle zieken en mensen met gebreken, allen die door de duivel overweldigd waren.
Want God was met Hem.
Handelingen 10:37 en 38 ged.:
… hoe God, na de doop waartoe Johannes opriep, Jezus uit Nazaret met de heilige geest heeft gezalfd en met kracht heeft bekleed.
Hij trok als weldoener door het land en genas iedereen die in de macht van de duivel was, want God stond Hem bij.

Schepping wacht op Gods zonen

Want dáárop wacht de schepping met reikhalzend verlangen, in gespannen verwachting.
De schepping, die nu gebukt gaat onder de pressie van satan en zijn demonen die in mens en schepping werken door middel van zonde, ziekte, verleiding, intimidatie, geweld en misleiding.
Met als doel: de mens zo ver mogelijk bij God en zijn liefde vandaan te houden!
God roept daarom een (geestelijk) volk bij elkaar, de gemeente van Jezus Christus.
De leden hiervan zijn allen vervuld met Gods geest en in hen werken de krachten van de toekomstige eeuw, het nieuwe tijdperk in het plan van God.
Hierin herstelt God alles en zal Hij tenslotte ‘alles in allen’ worden (zie 1 Korintiërs 15:28).

Samenvatting van het bovenstaande:
Het is satan en zijn demonen gelukt het grootste deel van de mensheid te vervreemden van God.
Het gevolg hiervan is dat veel mensen gebukt gaan onder zonde, schuld, schuldgevoelens, ziekte, zorgen, geweld en alle mogelijke andere vormen van ellende.
De mensheid mist daardoor (nu al) het eeuwige en volmaakt gelukkige leven met God.
God heeft, ondanks dit alles, de wereld nog altijd volkomen en oneindig lief.
En Hij houdt vast aan zijn plan dat ieder mens gelijkvormig kan worden aan Jezus Christus.
Genesis 1:26:
Laten Wij mensen maken, die ons evenbeeld zijn, die op ons lijken.
Hij geeft ons hiervoor zijn heilige geest die zijn dynamische kracht (in ons en in de gemeente) zal manifesteren door het ontwikkelen van zijn gaven en vrucht in ons leven.

Jezus heeft daarvoor zijn evangelie gebracht; ook Paulus herinnert hieraan in zijn brief aan de Kolossenzen (1:28):
Hem (Christus) verkondigen wij … met het doel ieder mens in Christus volmaakt te laten zijn.
Zó worden wij als zonen van God openbaar, die de schepping mogen bevrijden van de onderdrukking door het rijk van satan.